Geloven & Leven

Discipelschap tussen hype en urgentie


Getagd: , , , , , .

levenslang lerenHet onderwerp komt van allerlei kanten naar voren: discipelschap. Is het voor sommigen nog iets uit voorbije jaren met een evangelicale klank, vandaag gaat het woord dieper naar mijn mening en ook breder. Discipelschap gaat over navolging van Christus. Bonhoeffer schreef er een boek over dat nog steeds gelezen wordt. En van veel eerder nog dateert het overbekende werk van Thomas á Kempis. Er is niets nieuws aan dit onderwerp sinds Jezus zelf begin eerste eeuw hier de basis legde met zijn eerste leerlingen. Waarom dan toch die hernieuwde aandacht?

In aanvulling op het Nederlands Dagblad hier nog een paar gedachten. In het kort heb ik een paar dingen aangegeven vanuit een kort gesprekje vorige week met de redacteur Gerald Bruins. De vraag boeit me en houdt me ook al langer bezig. En mijn eigen voedingsbodem en denkkader wordt momenteel vooral gevormd door mijn werk voor Nederland Zoekt… dat zich al een paar jaar vooral richt op missionaire kerkvorming vanuit discipelschap. Ik wil eerst iets aangeven over hoe de hernieuwde aandacht voor discipelschap in kerken geduid kan worden. Daarna wil ik iets zeggen over de risico’s, waarbij ik nu al aangeef dat ik andere elementen als riskant beschouw dan mensen die ik tot nu toe kritische kanttekeningen zie maken.

Wat precies de reden is voor het zo sterk naar voren komen van de thematiek van discipelschap is op dit moment voor mij nog moeilijk precies te zeggen. Het woord klinkt in mijn woorden niet direct hip en heeft in verschillende kerkelijke achtergronden ook diverse ladingen. Wat ik zie is dat op bezinningsavonden en -dagen voor kerkenraden het onderwerp nogal eens voorbijkomt. Als coach en begeleider kom ik regelmatig binnen diverse kerken. Maar binnen Nederland Zoekt.. zie ik het op nog grotere schaal gebeuren. Meer dan 30 kerken nemen momenteel deel aan meerjarige leertrajecten rond discipelschap. Ze zijn bereid te investeren in tijd, geld en commitment op een niveau dat ik drie jaar geleden niet had kunnen denken. Het onderwerp én het gegeven dat dit in de bijpassende vorm van een leergemeenschap van twee jaar wordt aangeboden raakt iets. Het gaat hier echt om een traject, waarbij je zoekend en lerend stappen zet met een kerkelijk team. Geen snelle oplossing of kant-en-klaar model. Geen conferentie, maar een leertraject, afgestemd op je plaatselijke context.

Waarom? Ik denk dat Sake Stoppels in het genoemde artikel in het Nederlands Dagblad terecht wijst op het besef van urgentie in kerken. Ik koppel dat aan een paar elementen:

  1. Je kunt deze ontwikkeling volgens mij niet los zien van de post-christelijke cultuur waarin we leven. Christenen worden zich steeds meer bewust een kleiner wordende minderheid te zijn in dit land. Daarmee valt veel vanzelfsprekend van een kerkelijke cultuur weg, komen nieuwe vragen op en wordt de eigen kerk vaak eerder kleiner dan groter. In die context is een lerende cultuur veel relevanter dan een vaststaande cultuur van kerkelijkheid. Bovendien is die bestaande cultuur meer afgestemd op waar we vandaan komen, dan waar we ons nu bevinden en ontbreken daarom antwoorden voor morgen al helemaal vaak.
  2. Om ons heen ontmoeten we mensen die steeds vaker op zoek zijn. Op zoek naar zingeving, maar ook gewoon naar steun, naar sociale verbanden. Binnen de kerk ontstaat vanuit het zojuist genoemde ook een opener houding die ik als zoektocht zou willen typeren. Beide zoektochten kunnen elkaar bevruchten en een nieuwe verbinding leggen tussen geloof en de cultuur waarin we leven. Die verbinding was behoorlijk onder druk komen te staan en de kerkelijke cultuur heeft sterk ingeboet aan relevantie is mijn overtuiging. Met het verminderen van de naar binnengerichtheid ontstaat nu een sterke behoefte om weer nieuwe stappen te zetten, het geloof handen en voeten te geven en dat niet alleen binnen, maar ook buiten de muren van de kerkgebouwen te doen. Discipelschap is hier een sleutel naar zowel het interne leerproces als naar de verbinding naar buiten: de samenleving.
  3. Iets specifieker: een hernieuwde opleving van missionair verlangen is al langer gaande en is naar mijn mening het thema discipelschap ook voorafgegaan in veel situaties. Nu ging de eerste missionaire golf vooral over aantrekkelijkheid: de kerk als plek waar je gasten kunt ontvangen, verstaanbaar bent. Maar de fase van attractional church heeft z’n top wel gehad: de seculiere cultuur is dusdanig complex en taai dat dit niet de oplossing is. Dieper gravend wordt steeds meer onderkend dat er een element is dat we in dat denken nog steeds vergeten: het erop uitgaan. Zelf participeren in de cultuur, de mensen zoeken, zoals ooit Jezus zelf al had laten zien. Maar hoe doe je dat? Discipelschap is dan opnieuw de schakel die de missionaire gerichtheid verbinden kan met geloven. Het biedt een leerweg om Jezus na te volgen in de eigen context van de 21e eeuw.
  4. Heel concreet lopen kerken volgens mij tegen twee hardnekkige en belemmerende trekjes aan waarbij juist het element van discipelschap gaat schuren en corrigeren. Ik denk aan een ver doorgevoerd individualisme enerzijds en een minstens zozeer doorgeschoten consumentisme. Ik zie geloof eerlijk gezegd wat vastlopen in het puur naar God en bijbel kijken vanuit ‘ik’. Ik geloof nog steeds dat een persoonlijke verbondenheid met God het eerste is, maar het is niet het enige. Geloven doe je ook samen, juist daar ligt iets wat we wat kwijtgeraakt zijn. Als je dat ook nog eens aanvult met de houding van een consument die in de kerk komt met die houding zie je dat dit kerkmodel het niet gaat volhouden. Een kleine groep ambtsdragers en vrijwilligers rent zich rot voor de overgrote meerderheid. Met de toegenomen mondigheid en diversiteit in bijna alle kerkverbanden is het einde dan snel zoek. Als we samen nog iets willen zullen we het inderdaad weer samen moeten gaan doen. Maar dat vraagt een andere houding, andere accenten van onze organisatie en denkwijze, enzovoort. Discipelschap kent juist dit als basis: je neemt zelf verantwoordelijkheid als volgeling van Jezus. Je bent per definitie deelnemer en eveneens per definitie in proces. En je doet dat niet alleen, maar in de kring van andere leerlingen op diezelfde weg.

Dan nu de vraag naar de risico’s. Wel laat ik voorop stellen dat ik persoonlijk wel degelijk het risico van de zoveelste hype voorzie. Elke periode kent z’n thema’s de laatste decennia. Het past ook wel een beetje bij onze huidige cultuur. We hypen snel iets. Maar des te sneller is het ook weer passé. Dat kan ook met discipelschap gebeuren. Volgens mij is dit risico zelf het grootste. Juist omdat we gewend zijn vrij consumptief zo’n thema te benaderen. We lezen een boek, we bezoeken een conferentie, we vragen een spreker. Het is jaarthema in de gemeente en de predikant houdt er vijf preken over. Maar dan heb je het ook zo maar weer ‘gehad’ met elkaar.

Opmerkelijk is in dit verband dat Mike Breen, een van de voortrekkers van 3DM, de beweging vanuit Engeland en Amerika rond discipelschap (waar Nederland Zoekt intensief mee verbonden is), waarschuwt in zijn boeken er vooral niet over te gaan preken in de kerk. Natuurlijk mag het in preken naar voren komen, maar de benadering van dit thema op deze manier past amper bij de inhoud van een leerproces. Als coach kan ik onderstrepen dat het bij dit soort diepgaande thema’s van doorslaggevend belang is dat er aandacht is voor het proces. Te vaak gaat het om kant-en-klare uitleg, wat directe bijbelkennis en een concrete conclusie. Maar dat verandert niet hoe we denken, doen en met elkaar kerk zijn. Wil je een bestaand patroon ombuigen kost dat jaren en jaren en zul je ergens moeten beginnen en niet gelijk de hele tent moeten willen verbouwen.

Laat ik het anders zeggen: wat mij nog niet overtuigd is het gevoel dat voor iedereen rond dit thema helder is dat discipelschap niet een nieuw element is dat wel nuttig of leuk is, wel eigentijds of hip, maar dat het gaat om een paradigma. Ook de uitlating van Wim Dekker in het Nederlands Dagblad, die bijgevallen wordt door Jos Douma op zijn blog plaats ik even hierbij. Te snel hoor ik uitlatingen uit allerlei richtingen dat we ‘moeten oppassen’ voor doorslaan richting dwang, superchristenen, en zelfs Farizeeën (Dekker). Wie het boek Oefenruimte leest van Sake Stoppels – waar ik erg blij mee ben vanwege de juiste toon en basis die het biedt in een Nederlandse kerkelijke context – zal volgens mij niet echt wegkomen met een dergelijke kritiek. Stoppels is nuchter, voorzichtig en gevoelig voor de eigen context en diversiteit. Maar hij legt wel een aantal uitdagingen neer voor de kerk. Al te snel die uitdaging gaan afblussen duidt er volgens mij op dat we nog niet volledig on speaking terms zijn rond dit thema.

Discipelschap heeft weinig te maken met supergelovigen. Het is voor zoekers, twijfelaars, diepgelovigen en nieuwgelovigen. Dat was in de oude kerk van de eerste eeuw niet anders. Denken in een lerende cultuur waar je levenslang leerling bent, biedt hier juist veel ruimte, maar niet minder plaatst het voor een uitdaging die je wel moet willen aangaan: ‘Volg mij!’. Dat laatste zijn woorden van Jezus. Dat hangt samen met een diepe spiritualiteit (cruciaal aandachtspunt van Jos Douma) van genade, van luisteren naar Gods stem, van vallen en opstaan, van liefde en compassie. Het gaat om ontvangen, maar niet langer als passief consument. Ook gewonde mensen blijven leerlingen, ook vermoeide mensen worden door Jezus uitgenodigd dat zachte juk van discipelschap op zich te nemen (Matteüs 11,28-29). De verzorgingskerk loopt leeg en is moe van deze manier van verzorgd willen worden geworden. Dat impliceert niet dat zorg een gepasseerd station moet worden, wel dat het binnen een gezonder paradigma opnieuw z’n plek krijgt en daarmee in een andere dynamiek zal komen.

Feitelijk is discipelschap maar een woord, maar de onderlaag ervan is wel de basis voor kerk zijn al sinds de eerste eeuw van onze jaartelling. Ik ben er steeds meer van overtuigd dat dit in de huidige post-christelijke cultuur steeds relevanter en urgenter zal blijken. En op die weg zijn we net de eerste stappen aan het zetten. Als we het niet te snel afserveren als een losse thematiek, maar die uitdaging aangaan zal dit veel in beweging brengen en zal dat niet binnen de kerkmuren blijven steken.

Voorbij de hype ligt de echte uitdaging.